Feed Safety Culture: meer dan een certificaat aan de muur

vrijdag 1 december 2017

‘Het draait om intrinsieke motivatie’. Wereldwijd zijn ruim zestienduizend bedrijven uit de diervoederketen GMP+ Feed Safety Assurance (FSA) gecertificeerd – meer dan ooit tevoren. Toch zegt een certificaat niet alles. De bedrijfscultuur is minstens zo belangrijk. Een gesprek met twee experts uit de sector over het belang van feed safety culture. “Je kweekt er veel goodwill mee in de markt.”

Johan den Hartog, Managing Director bij GMP+ International, en Reinder Sijtsma, Quality Director bij Nutreco, komen de houding nog regelmatig tegen bij de bedrijven die ze bezoeken. Een houding die samen te vatten is als: wij hebben een certificaat, dus bij ons is alles in orde. Die boodschap wordt ook gecommuniceerd in de marketing: ‘Wij zijn gecertificeerd.’ En dus: veilig, verantwoord en professioneel.
“Was het maar waar”, zegt Sijtsma. Begrijp hem niet verkeerd: de quality director van de Nederlandse diervoeding- en vleesproducent zal de eerste zijn om bedrijven te prijzen die een GMP+-certificaat hebben gekregen of daarmee bezig zijn. “Maar daarmee ben je er niet. Feed safety moet in het DNA van je bedrijf en werknemers zitten.”
Johan den Hartog van GMP+ International sluit zich daarbij aan. Hij citeert graag de Amerikaanse voedselveiligheids-expert Frank Yiannas: “Voedselveiligheid moet geen prioriteit zijn, maar een kernwaarde (core value).” Op het hoofdkantoor van GMP+ International in Rijswijk legt Den Hartog uit wat Yiannas daarmee bedoelt: “Een prioriteit kan hoog of laag zijn, afhankelijk van de omstandigheden, maar een kernwaarde is continu leidend voor een bedrijf.”


Belofte

Feed safety culture draait om de vertaalslag van de theorie (de regels) naar het dagelijks handelen in de praktijk. Het is een mentaliteit. Want uiteindelijk blijft een certificaat, hoe waardevol ook, het resultaat van een momentopname. Een certificaat is een belofte, het schept verwachtingen. Feed safety culture gaat een stap verder dan het afvinken van regels en eisen. Sijtsma: “Tijdens een bezoek aan gecertificeerde klanten en toeleveranciers merk ik snel genoeg aan de cultuur of het verstandig is om met die partij in zee te gaan.”
De wereld is aan het veranderen, benadrukt hij. “De wetgeving, de eisen vanuit de markt en de maatschappij, de manier waarop supply chains opereren. Openheid, vertrouwen en traceerbaarheid spelen een steeds belangrijkere rol. Vroeger was het hebben van een certificaat voldoende om te verkopen. Die tijd is voorbij.”
In het rapport Food Trust – Giving Customers Confidence in Your Food schrijft PricewaterhouseCoopers dat het bevorderen van vertrouwen in voedsel steeds belangrijker wordt ‘in een klimaat waarin het vertrouwen in voedselproducenten, -processen en -verkopers schade heeft opgelopen na verschillende prominente schandalen’, zoals in 2013, toen paardenvlees verwerkt bleek te zijn in rundvlees.

Desondanks is de urgentie van een cultuuromslag nog niet bij alle bedrijven doorgedrongen, zelfs niet bij de gecertificeerde. Ze zien de voordelen niet van extra stappen op kwaliteits- en veiligheidsgebied, want die kosten tijd, energie en geld en zouden weinig opleveren. “Onjuist”, zegt Den Hartog. “Wie consequent is op het behouden van een cultuur van voedselveiligheid, wint op den duur het vertrouwen van de markt.”
“Je kweekt er veel goodwill mee”, bevestigt ook Sijtsma. “Leiderschap trekt klanten aan.”

 

Motiveren

Het management moet daarin het voortouw nemen, vinden Den Hartog en Sijtsma. Wanneer die uitstraalt dat veiligheid niet alleen een certificaat is aan de muur, maar ook een manier van doen in de praktijk van elke dag, dan volgt het personeel vanzelf. Sijtsma: “Je bent uiteindelijk afhankelijk van de mensen op de werkvloer. Zij weten hoe alles functioneert, zij weten ook waar verbeteringen gemaakt kunnen worden. Werknemers moeten worden aangemoedigd om proactief mee te denken.”
Een cultuuromslag vraagt om een serieuze investering van het management. “Werknemers willen best, maar moeten wel gemotiveerd en gefaciliteerd worden. Je kan investeren in apparatuur en training. Zodra de mensen zien dat de baas er heilig in gelooft, gaat het bij hun ook leven. En zullen ze ook vaker zelf oplossingen aandragen.”
En durf eerlijk te zijn, voegt Den Hartog daaraan toe. “Als er een keer iets misgaat, wees daar dan ook open over. Deel het met elkaar, binnen je bedrijf of binnen de sector. We kunnen er allemaal van leren en herhaling voorkomen.”



Eye opener

Feed safety culture is het besef dat elk schakeltje in de keten, tot de individuele medewerker aan toe, bijdraagt aan het eindresultaat: wereldwijde voedselveiligheid. “We doen hier een moreel appèl”, aldus Den Hartog. “Cultuur is niet meetbaar. Het draait om intrinsieke motivatie.”
En als die er is, mag je daar best goede sier mee maken. “Ons certificaat is geen marketingtool, maar een riskmanagementtool. Als je dat allereerst erkent, en ook ernaar handelt, kan je dat prima gebruiken in de marketing. Maar niet andersom.”
Sijtsma geeft hoog op van de rol die GMP+ International al 25 jaar in de sector speelt. “GMP+ International was de allereerste partij die een cultuuromslag in bedrijven probeerde te realiseren. Ze zijn daar ook succesvol in. Het schema werkt in de praktijk dikwijls als eye opener bij bedrijven. Managers verkrijgen inzicht en daarna pakken ze door.”

Met bijzondere gevolgen. Den Hartog herinnert zich een van de eerste bedrijven die een GMP+ FSA-certificaat ontving. “Later vertelde een manager mij dat het die eerste periode, bij het invoeren van het kwaliteitssysteem, echt niet makkelijk was. Het verslapte wat bij leidinggevenden. Maar wat gebeurde er? De mensen op de werkvloer pakten het weer op. Die waren zich bewust geworden van hun bijdrage aan voedselveiligheid, dat hún handelen bepaalt welk product elke dag het bedrijf verlaat.” 
Den Hartog, met een glimlach: “Dán weet je dat voedselveiligheid in de DNA van je bedrijf zit. Feed safety culture ten voeten uit.”

Deel uw ervaring!
Makkelijker gezegd dan gedaan? Wat is uw ervaring met feed safety culture? Deel uw ervaring via 
info@gmpplus.org.