Wijzigingen in GMP+ BA4 en risico-profielen Canada, Oekraïne, Rusland en Tsjechië.
In GMP+ BA4 Minimumvoorwaarden inspectie en analyse is het hoofdstuk met voorwaarden voor de bemonstering en analyse van Aflatoxine B1 (§ 2.3) gewijzigd. Een eerste wijziging betreft het in dit hoofdstuk opgenomen protocol voor de analyse van Aflatoxine B1 in maïs, die voor of in 2014 is geoogst. Dit protocol is verwijderd uit de GMP+ BA4. Aangenomen mag worden dat er geen maïs meer op de markt is, die geoogst is in 2014 of daarvoor. Dit maakt het hebben van een monitoringprotocol voor deze producten overbodig.
Ten tweede is de link toegevoegd naar het reeds bestaande protocol voor monitoring van Aflatoxine B1, welke ook apart te vinden is op het GMP+ Portal. Een toelichting hierop is eveneens opgenomen in de GMP+ BA4.
Tot slot is er voor gekozen het reeds bestaande protocol voor monitoring van Aflatoxine B1 in voedermiddelen (voor gebruik in diervoeder) voor melkvee op te nemen in een nieuwe paragraaf 2.4. Dit is gedaan om de paragraafnummering niet onnodig lang te maken.
De periodieke evaluatie van de landenindeling gebeurt op basis van de analyseresultaten die de GMP+ FSA gecertificeerde bedrijven moeten invoeren in de GMP+ Monitoring database, én op basis van de resultaten die andere samenwerkende schemahouders hebben ontvangen. De beoordeling van de analyseresultaten gebeurt aan de hand van criteria die samen met deze schemahouders zijn vastgesteld. Deze werkwijze van evaluatie blijkt in de praktijk een goede manier om op korte termijn te anticiperen op actuele risico’s. De ad-hoc GMP+ Werkgroep Aflatoxine B1 heeft het voorstel voor aanpassing goedgekeurd. Het gewijzigde protocol treedt in werking op 9 januari 2017.
De resultaten rechtvaardigen de aanpassing in risicoclassificatie. Dit betekent dat maïs uit Rusland intensiever geanalyseerd dient te worden, omdat het risico op de aanwezigheid van Aflatoxine B1 hoog is. Maïs afkomstig uit Canada, Tsjechië en Oekraïne hoeft minder frequent geanalyseerd te worden, omdat het risico op de aanwezigheid van Aflatoxine B1 nagenoeg nihil is.
Om landen opnieuw te kunnen indelen is het belangrijk dat zoveel mogelijk GMP+ deelnemers hun analyseresultaten invoeren in de GMP+ Monitoring database en daar delen met de GMP+ Gemeenschap.
Let er bij het aanleveren van deze gegevens wel op dat de herkomst van de mais correct wordt weergegeven en dat de gevonden aflatoxinegehalten in de juiste eenheid (mg/kg) worden ingevoerd.
Het analyseren van monitoringresultaten vormt een inspiratiebron voor GMP+ International om in haar communicatie potentiele risico’s te benadrukken en FSP producten te ontwikkelen die afzonderlijke bedrijven en de diervoederindustrie als geheel veerkrachtiger maken, zodat er beter omgegaan kan worden met de dagelijkse uitdagingen die komen kijken bij het leveren van veilig diervoeder voor veilig voedsel.