Teeltschema’s en GMP+ FC scheme

woensdag 4 januari 2017

Wat is de rol en waarde van teeltcertificatieschema’s binnen het GMP+ Feed Certification scheme?

Met welke voorwaarden voor aankoop van onbewerkte agrarische producten moet ik rekening houden? In deze nieuwsbrief geven we u graag antwoord op deze èn andere vragen rondom teelt. 

 

Wat zijn onbewerkte agrarische producten? 

Dit zijn bijvoorbeeld granen, zaden of peulvruchten die - behoudens aan de oogst gerelateerde handelingen - geen bewerkingen zoals malen, pletten, crushen of persen hebben ondergaan. 

 

Valt teelt van onbewerkte agrarische producten onder de scope van GMP+ FC scheme? 

Vanaf 2015 kan de teelt van onbewerkte agrarische producten (zoals granen, zaden en peulvruchten), voor gebruik in of als diervoeder, niet meer onder het GMP+ FC scheme gecertificeerd worden. Dit betekent dat een teler geen GMP+ certificaat kan verkrijgen om aan te tonen dat de teelt van bijvoorbeeld voedergraan voldoet aan de GMP+ voorwaarden. 
Dit heeft te maken met het inperken van de scope van het GMP+ FC scheme. De scope van het GMP+ FC scheme omvat alle diervoederschakels tussen de teelt en het veehouderijbedrijf. Teelt en veehouderij zelf horen daar dus niet bij. 
Onderstaand figuur geeft de huidige scope van het GMP+ FC scheme weer.

In onze nieuwsbrief van 1 december 2014 informeerden wij u dat besloten was de standaard GMP+ B6 Teelt voedermiddelen te laten vervallen. Deze GMP+ teeltstandaard is per 31-12-2015 ingetrokken, en wordt niet meer onderhouden. Nieuwe certificatie of her-certificatie is niet meer mogelijk. Bestaande certificaten gelden nog tot het einde van de looptijd. Dat betekent dat eind 2017 alle momenteel nog geldende GMP+ B6-certificaten verlopen. 

 

Met welke voorwaarden voor aankoop van onbewerkte agrarische producten moet ik rekening houden?

a) Tot 2015 waren er 3 opties:

    1. Inkoop van een GMP+ gecertificeerde teler; 
    2. Inkoop van een teler die deelneemt aan een gelijkwaardig verklaard teelt-schema; 
    3. Inkoop via het toepassen van een poortwachtersprotocol. 

Vanwege de tweede en derde optie is deelname door telers aan de GMP+ B6 standaard (optie 1) altijd zeer beperkt geweest. Momenteel zijn nog 3 GMP+ B6 telers gecertificeerd. 
Optie 2 is vooral in Nederland en België populair doordat een aantal Nederlandse en Belgische teeltschema’s, gericht op voedselveiligheid, gelijkwaardig zijn verklaard. Veel in Nederland gevestigde GMP+ gecertificeerde bedrijven kopen de onbewerkte agrarische producten van telers die aan één van deze gelijkwaardig verklaarde schema’s deelnemen. Het gaat om de volgende schema’s voor teelt van onbewerkte agrarische producten:

Onbewerkt agrarisch product Teeltcertificatieschema 
Consumptieaardappelen, direct afkomstig van de telers

VVAK module Consumptieaardappelen
VVA Consumptieaardappelen certificaat

Industriegroente direct afkomstig van de telers    VVAK module Industriegroente 
VIGEF Industriegroente certificaat  
Granen, zaden, peulvruchten en stro direct afkomstig van de telers   VVAK module Granen, zaden en peulvruchten (GZP)  
Zetmeelaardappelen   VVAK module Zetmeelaardappelen  
Suikerbieten   VVAK module Suikerbieten  
Primaire onbewerkte producten van plantaardige oorsprong, direct van de kweker 

IKKB Standaard voor Primaire Plantaardige Productie   
De teler moet zijn toegelaten op de lijst met gecertificeerde telers op http://www.primaryproduction.be/index.php?id=395   

In andere landen zoals Duitsland passen veel GMP+ gecertificeerde diervoederbedrijven optie 3 (poortwachter) toe. 

b) Huidige voorwaarden:

Vanaf 2015 geldt dat een GMP+ gecertificeerd bedrijf uitsluitend via de zgn. poortwachtersoptie de onbewerkte agrarische producten van een teler kan aankopen voor gebruik in of als diervoeding. Hiervoor moet het protocol uit Annex 4 van GMP+ BA10 ‘Minimumvoorwaarden voor inkoop’ toegepast worden. Centraal in dit protocol staat de uitvoering van een intensief ingangscontrole programma, dat gebaseerd is op de door de deelnemer uitgevoerde risicobeoordeling en de kwaliteitsborging die de teler toepast. 

 

Hoe zit het nu met de geaccepteerde teeltschema’s? 

Met het schrappen van de GMP+ B6-standaard is ook de gelijkwaardige positie van de geaccepteerde teeltschema’s veranderd. Feitelijk kan er geen sprake meer zijn van gelijkwaardigheid. In het GMP+ FC scheme is geen teeltstandaard meer, en GMP+ International onderhoudt de benchmark ook niet langer. 
Bovenstaande betekent natuurlijk niet dat een teeltcertificaat in het kader van het voldoen aan GMP+ voorwaarden geen waarde heeft. Integendeel. Juist ook omdat veel teeltschema’s gericht zijn op het borgen van de voedselveiligheid, is het wel degelijk van waarde als een teler, van wie een GMP+ gecertificeerd bedrijf bijvoorbeeld tarwe koopt, een teeltcertificaat kan laten zien. Dit geldt in het bijzonder voor de teeltschema’s die tot eind 2014 als GMP+ gelijkwaardig waren verklaard. Daarom staan ze nog genoemd in het betreffende poortwachtersprotocol in Annex 4 van GMP+ BA10. 

GMP+ International is in overleg met enkele teeltschema’s en op verzoek van het International Expert Committee op zoek naar een nieuwe vorm om bestaande teeltcertificatenschema’s een zekere status te geven om zo de rol van de poortwachter wat te vergemakkelijken. 
Totdat dit nieuwe systeem is ingericht geldt voor de in Annex 4 van GMP+ BA10 genoemde teeltschema’s dat zij de GMP+ voorwaarden voor 100% dekken. Het GMP+ gecertificeerde bedrijf kan dus als poortwachter op dezelfde wijze als voorheen onbewerkte agrarische producten van deze telers afnemen. 

Heeft u nog andere vragen omtrent de teeltschema’s en het GMP+ Feed Certification scheme? Wij helpen u graag. Vult u ons contactformulier in en wij beantwoorden uw vraag zo spoedig mogelijk