English Nederlands polski Deutsch
GMP+ Portal
Academy

Aanzienlijke toename van microbiologische gevaren in 2017

dinsdag 13 maart 2018

Overzicht van de EWS-meldingen 2017. GMP+ International heeft een overzicht gemaakt van de EWS-meldingen die in 2017 zijn ontvangen. We beschouwen dit overzicht als een leermogelijkheid voor alle bedrijven in de diervoederketen.

Gedetailleerdere informatie (product, contaminant, land, oorzaak) per EWS-case wordt gegeven in een overzicht. Het overzicht is beschikbaar op onze website (na inloggen).

Een analyse van de EWS-meldingen in 2017 heeft geleid tot de volgende interessante conclusie: 

  1. Voedermiddelen en microbiologische gevaren domineren

       82% van de meldingen had betrekking op voedermiddelen.

  • Bij voedermiddelen is het aantal meldingen over microbiologische gevaren (voornamelijk Salmonella en Enterobacteriaceae) meer dan verdubbeld: van 38 meldingen in 2016 tot 91 meldingen in 2017. De meeste problemen met Salmonella in voedermiddelen vonden plaatst in sojameel (27 meldingen) en raapzaadmeel (13 meldingen). De meeste problemen met Enterobacteriaceae in voedermiddelen vonden plaats in wei (14 meldingen).
  1. Aanzienlijk minder pesticiden en mycotoxine-meldingen 
  • Het aantal meldingen over pesticiden en mycotoxinen is met 50% afgenomen.

 

Oorzaken van contaminatie

Bij bijna de helft van de meldingen van onveilig diervoeder (47%) was de oorzaak van de contaminatie bekend:

  • Bij 69 meldingen lag de oorzaak binnen de directe invloedssfeer van het diervoederbedrijf (categorie ‘Bewerking – binnen diervoederbedrijf). *)
  • 29 meldingen hadden een natuurlijke oorzaak;
  • Bij 7 meldingen was een menselijke fout de oorzaak;
  • Bij 6 meldingen lag de oorzaak buiten de directe invloedssfeer van het diervoederbedrijf (categorie ‘Bewerking – buiten diervoederbedrijf). **)

Bij de overige meldingen (53%) is de oorzaak van de contaminatie niet gevonden.

De redenen daarvoor zijn:

  • Onderzoek heeft geen oorzaak onthuld;
  • Het diervoeder bleek veilig;
  • Contaminatie werd niet bevestigd door de tegenanalyse;
  • De productnorm werd niet overschreven;
  • Er was geen productnorm.

                                                         

* Dit heeft betrekking op meldingen waarbij de contaminatie ergens in het productieproces is ontstaan. Bijvoorbeeld tijdens de teelt, bewerking of tijdens transport en opslag van het betreffende product;

**Dit kan zijn bij het bemonsteren van het betreffende product of analyse van het monster.